Voorbereiding:
20 min.
Bereiding:
25 min.
Klaar in:
45 min.

Een heerlijk en traditioneel Duitse Kerstgebak dat na enkele dagen nog beter smaakt. Echter, dit gebeurt nooit in mijn familie omdat het gebak in een mum van tijd verdwijnt, tenzij ik het verberg.


Ingrediënten:

  • 115 gr zachte boter
  • 2 eieren
  • 170 gr donkerbruine basterdsuiker
  • 75 gr chocolade geschikt voor koken
  • 200 gr witte bloem
  • 1 theelepel bakpoeder
  • 1 1/2 theelepel gemalen kaneel

Bereidingswijze:

1De oven voorverwarmen op 180°C/gasoven stand 4.

2Klop de boter met de hele eieren en de suiker tot een schuimend geheel. Rasp de chocolade zeer fijn en voeg toe, samen met de bloem, bakpoeder, kaneel, rum en kruidnagel. Roer de amandelen erin. Je kunt het beste een zeer stevige houten lepel gebruiken, als het deeg erg dik wordt.

3Verspreid het deeg over een ingevette bakplaat. Het helpt om een mes in water te dompelen om het gelijkmatig te verspreiden. Klop het eiwit en smeer over het deeg.

4Bak gedurende 20 tot 25 minuten, of totdat een spies in het midden gestoken er schoon uit komt. Verplaats het hele ongesneden gebak voorzichtig naar een rooster. Wanneer het iets is afgekoeld, leg je het weer terug op de bakplaat.

5Meng de poedersuiker met 3 eetlepels water in een kleine pan. Laat zachtjes koken tot de suiker volledig is opgelost. Verspreid het glazuur over het gebak terwijl het nog steeds warm is en snijd het vervolgens onmiddellijk in plakjes. Laat de plakjes samen totdat ze volledig afgekoeld zijn en het glazuur hard is. Bewaar in een luchtdichte verpakking met bakpapier of vetvrij papier tussen elke laag.

Opbrengst:

30 broodjes