Voorbereiding:
20 min.
Bereiding:
30 min.
Klaar in:
50 min.

Iedere maand maken we met onze boekenclub een gerecht. Dit recept is makkelijk om te maken, en erg lekker met vanille-ijs.


Ingrediënten:

  • 150 gram koude plantaardige bakboter
  • 200 gram zelfrijzend bakmeel
  • 5 eetlepels koud water
  • 2 potten (van 425 gram) bramen op siroop
  • 150 gram witte suiker
  • 35 gram zelfrijzend bakmeel
  • 30 gram boter
  • 50 gram witte suiker

Bereidingswijze:

1Verwarm de oven voor op 175 graden C.

2Snijd de bakboter in stukjes en meng met 200 gram zelfrijzend bakmeel in een kom tot de boter net zo groot is als erwtjes. Voeg het water toe, 1 eetlepel per keer, tot het deeg bij elkaar blijft en werkbaar is. Verdeel het deeg in twee ballen. Rol het deeg uit op een goed met bloem bestoven werkvlak tot een vierkant van 22×22 cm en een halve cm dik. Leg het deeg op de bodem van een vierkante ovenschaal van 22×22 cm.

3Giet in dezelfde kom die je eerder hebt gebruikt om het deeg te mengen de bramen met hun sap, 150 gram suiker en 35 gram zelfrijzend bakmeel. Meng tot de suiker is opgelost, en giet de vulling over het deeg. Rol de resterende deegbal in een vierkant van ongeveer 22×22 cm, en snijd het deeg in reepjes. Leg de reepjes over de vulling. Snijd de boter in dunne plakjes, en leg de plakjes over de deegreepjes. Bestrooi met 50 gram suiker.

4Bak in de voorverwarmde oven tot de bovenkant goudbruin is en de vulling borrelt, 30 tot 40 minuten.

Opbrengst:

8 broodjes