80 min.
20 min.
100 min.
.
Ingrediënten:
- 1¾ dl abrikozennectar
- 1½ eetl. balsamicoazijn
- 3 theel. oosterse sesamolie
- 4 bosuitjes, fijngesneden
- 2 theel. fijngeraspte verse gemberwortel
Bereidingswijze:
1Roer in een middelgrote kom de abrikozennectar, azijn, sesamolie, 2 fijngesneden bosuitjes, de gember en knoflook door elkaar. Schenk 1¼ dl van dit mengsel in een pannetje. Wentel de kipfilets door de resterende marinade in de kom. Laat ze 1 uur marineren bij kamertemperatuur, of 1 tot 4 uur in de koelkast.
2Verwarm de oven voor op 180 °C. Verhit een koekenpan met antiaanbaklaag en bak hierin de kipfilets aan elke kant 2 minuten. Doe ze over in een ovenschaal en plaats ze 15 minuten in de oven, of tot ze gaar zijn.
3Roer intussen in een kommetje de maïzena met 1 eetlepel water tot een papje. Voeg dit samen met een snufje zout toe aan de marinade in het pannetje. Verwarm dit op matig vuur al roerend tot het kookpunt. Pocheer de abrikozen hierin 2 minuten, tot ze precies gaar zijn en de saus iets gebonden is. Schep voor het serveren wat saus over de kip en garneer het gerecht met de resterende bosuitjes.
Opbrengst:
4 broodjes