20 min.
15 min.
35 min.
Fijne blokjes appel maken deze rotsjes sappig en fruitig. Ze zijn snel en gemakkelijk te bereiden, u kunt ze dus goed samen met kinderen maken, die zowel het maken als het opeten erg leuk zullen vinden. Meehelpen met bakken is voor kinderen niet alleen leuk, het moedigt ze ook aan bewust om te gaan met eten.
Ingrediënten:
- 225 g zelfrijzende bloem
- 100 g boter, in stukjes gesneden
- 50 g lichtbruine ruwe rietsuiker, plus een beetje extra om te bestrooien
- 1 tl gemalen kaneel
- 2 appels, geschild en in blokjes gesneden
- 75 g muesli
- 1 ei, losgeklopt
- 4-5 el halfvolle melk, zoveel als nodig is
Bereidingswijze:
1Verwarm de oven voor op 190 °C. Doe de bloem in een kom, voeg de boter toe en wrijf deze met uw vingers door de bloem, zodat fijne kruimels ontstaan.
2Roer de suiker, de kaneel, de blokjes appel en de muesli door het deeg. Voeg het ei toe en roer goed tot een ruw deeg ontstaat. Voeg voldoende melk toe.
3Schep het deeg in kleine hoopjes op 2 ingevette bakplaten en laat tussen de hoopjes een beetje ruimte vrij. Bestrooi de hoopjes met een beetje van de extra suiker. Bak de rotsjes 15 minuten of tot ze goudbruin en stevig zijn.
4Leg de rotsjes op een rooster om af te koelen, en serveer ze warm of koud. U kunt ze tot 2 dagen bewaren in een luchtdichte doos.
Opbrengst:
24 broodjes